
Interviewer:
Piet ten
Brink -
20 september 2008
In gesprek met Friso Gubbels, 48 jaar, getrouwd, 2 kinderen van 20 en 23.
Friso is Aikido beoefenaar sinds 1993, Zen beoefenaar sinds 2002; beide bij Ad van Dun.
We treffen elkaar bij ‘De Dellen’, de beboste helling buiten Amby, Maastricht.
Hier komt Friso al zolang hij zich herinnert: rondzwerven met vriendjes, hutten bouwen, de boeren ‘helpen’ met het plukken van appels en peren. Als jonge man hier jarenlang de hond uitgelaten en ook nu nog graag een flink rondje wandelen, om stil te worden en te genieten.
Terugkijkend zie ik bij mezelf al rond mijn 16e het bestaan
van een soort levensvragen. “Is dit het nu?” of “Er
moet toch méér zijn, maar wat?”
Als jongen
van 14 ging ik mijn eigen weg. Ik vond niet makkelijk aansluiting.
Misschien vond iedereen me wel een hele rare.
Ach, zoveel is
er ook niet veranderd. Ik kan in ieder geval nog heel eigenwijs
zijn.
Van mijn 14e tot mijn 21e heb ik aan Judo gedaan. Dit paste
destijds goed bij mijn levensgevoel en mijn onbeantwoorde vragen.
Het gaf me zowel lichamelijk als geestelijk zelfvertrouwen. De
sfeer van Ninja’s, de mystieke kant van Oosterse vechtkunst
sprak me erg aan.
Ik deed ook mee aan wedstrijden, tot op landelijk
niveau. Dit competitieve aspect vind ik achteraf het minst belangrijke.
Op mijn 21e ben ik getrouwd en met Judo gestopt.
De grote
vragen van het leven verdwenen naar de achtergrond.
Ik ben wel
altijd verknocht geweest aan lezen. Van Wipneus en Pim via alle
soorten literatuur tot studieboeken over Oosterse strijd- en
levenskunst.
Rond mijn 30e ben ik gestopt met het lezen van romans
en heb me volledig gestort op de studieboeken.
In 1993, ik was toen 33, ging ik af op een Zen cursus, gegeven
door Ad van Dun.
Ik ging eens kijken. Letterlijk. Ik zat op een
stoel langs de wand en zag hoe anderen op hun kussens zaten. Tsja!?
Ik zag niet hoe dit voor mij zou kunnen werken. Er werd eigenlijk
niets gedáán. Dat sprak me toen niet aan.
Ik wilde
eigenlijk wel eens Zen in actie zien. Ad gaf ook Aikido training.
Dit paste op dat moment beter bij me en ik ben Aikido beoefenaar
geworden.
Belangrijk bij Aikido is de bewustwording van je adem en van
je lichaam.
Ik trainde een aantal jaren bij Ad totdat de training
werd overgenomen door een van Ad’s leerlingen. Door deze
wisseling realiseerde ik mij wat Aikido voor me was gaan betekenen.
Het had me ook geestelijk aan het werk gezet.
Ik leerde dat mijn
eigen interne vijanden mijn grootste vijanden zijn. Voorafgaand
aan elke confrontatie, met je lichaam, met je werk of bijvoorbeeld
in je relatie, is er de confrontatie met je eigen beeldvorming.
Het volgende voorbeeld illustreert dit.
Het volgende voorbeeld illustreert dit.
Je staat in de oefenruimte, ontspannen maar alert, ogen
dicht, klaar voor alles wat kan gebeuren. Er komt een aanval
en je reageert adequaat. Nóg een aanval, identiek aan
de vorige en je reageert opnieuw adequaat. Dan nóg
een keer. Zo doen we dat heel vaak in ons leven. |
Na het vertrek van Ad miste ik in de trainingen de aandacht
voor de innerlijke kant. Het accent lag teveel op techniek, vaardigheden
en te weinig op het spirituele, innerlijke accent binnen Aikido
en ik besloot te stoppen.
Ad kwam terug, ik ook en uiteindelijk sloot ik me in 2002
ook aan bij de Zengroep die Ad leidde.
Hetgeen ik door de Aikido training had leren zien en ervaren
is mij door de Zen beoefening, "zazen", alsmaar duidelijker
geworden. Hoe eindeloos subtiel houdt onze geest ons voor de
gek. Steeds opnieuw is het zaak om geen beelden te vormen; niet
te reageren vanuit een patroon, maar juist vanuit ontvankelijkheid.
Je leert zien en erkennen wat is en je leert de juiste aandacht
te schenken.
• Is Zen moeilijk?
“Er is eigenlijk heel weinig nodig, nietwaar Friso?”.
Met deze woorden gaf Ad mij een belangrijk inzicht.
Tijdens een
intensief oefenweekend, enkele jaren geleden, zat ik op de mat
nog wat na te hijgen van de oefeningen die we zojuist gedaan
hadden.
Ik was met mijn aandacht volledig bij de oefening geweest,
hier helemaal in opgegaan. Al het andere, gedachten, afleidingen
waren naar de achtergrond verdwenen. Misschien mag je het vervulling
noemen, of een overwinning op het kleine ik.
Het geven
van de goede aandacht, steeds dezelfde kwaliteit in je handelingen
leggen, dát is genoeg.Tijdens elke oefening, maar vooral
tijdens een intensief weekend of week, kun je dit leren ervaren.
Om dit vervolgens mee te nemen naar het leven van alledag.
Alle dingen de goede aandacht geven, elk moment je best doen,
dat is essentieel.
• Hoe weet je wat goed is?
Goed is soms een stap terug, soms een stap extra. Neem
de opvoeding van mijn kinderen.
Als jonge vader was ik nog wel
eens overdreven omgevingsbewust en reactief. “Jongens wat
zullen de mensen hier wel niet van vinden; gedráág
je!”. Zo confronteerde ik mijn kinderen met een oneigenlijke,
gekleurde reactie.
Later, toen de kinderen een stuk ouder waren,
zag ik hoe ze zich soms in de nesten werkten. Ik experimenteerde
met de houding “Niet ingrijpen, laat ze zelf maar ervaren
wat voor hen het beste werkt. Ik besef dat mijn beeld van de
situatie altijd gekleurd is. Net als mijn kinderen, kan ik van
elke situatie iets leren.”
Een valkuil hierbij is onverschilligheid. Soms is het wel
degelijk nodig om als ouder, partner of voorbijganger verantwoordelijkheid
te nemen. Het blijft een eeuwige uitdaging om dan vanuit waarheid,
vanuit mijn grote ik te handelen in plaats van vanuit mijn ego
of kleine ik.
• Heb je Zen nu onder de knie?
Zo kun je dat nooit zeggen. Ik durf niet te zeggen
dat mijn ogen nu goed open zijn. Ik ben nog voor een groot deel
blind.
Er is een uitspraak binnen Zen, die nu in me opkomt: “We
weten eigenlijk nog te weinig om ons te kunnen schamen!”.
Naarmate
ik beter leer kijken zie ik mijn blindheid beter en schaam ik
mij méér. Elke keer dat dit gebeurt kan ik hopelijk
een stukje van mijn blindheid inleveren en een beetje schaamte
achter me laten.
Ik ben steeds minder bereid mezelf voor de gek te houden.
Die houding eist wel zijn tol. Als je beter leert kijken moet
je ook de consequenties hiervan onder ogen willen zien.
Bijvoorbeeld
wanneer je gehecht bent aan een bepaalde vriendschap. Het kan
gebeuren dat je gaat zien dat deze vriendschap een toevlucht
is geworden en zich uit gewoonte, angst of luiheid steeds op
dezelfde paden begeeft zonder ruimte te bieden aan “dat
wat er is”.
Net als in het Aikido voorbeeld is je gedrag geconditioneerd
geraakt. Op dit moment is handelen geboden.
Maar pas op dat je hier niet in doorslaat. Blijf goed wakker
en verval niet in zwart-wit denken. Misschien is beëindiging
van de vriendschap het meest passend. Maar elke andere denkbare
wending kan ook de goede zijn.
In plaats van dit voorbeeld
van een vriendschap kun je je ook voorstellen dat dit mechanisme
in heel veel andere aspecten van je leven kunnen spelen. En onder
de knie krijgen; niet dus.
• En als er geen Zen in je leven zou zijn?
Dat is een hypothetische vraag die niet zomaar beantwoord
kan worden.
Zen is niets bijzonders. Het zoeken naar waarheid kan op
veel manieren gebeuren. Ook keukentafelwijsheden hebben grote
waarde. Bij mij is toevallig Zen op mijn weg gekomen en ik heb
me ermee verbonden.
Nou ja, zonder de oefening die ik in het
licht van Zen gedaan heb zou ik misschien een sarcastisch mannetje
zijn geworden, een negatief persoon.
Ik ben altijd wel moeilijk
geweest, voor mezelf en voor mijn omgeving. En nog hoor, maar
nu is de sfeer anders. Ik ben meer gedreven. Zen heeft me zachter
en prettiger naar mezelf gemaakt en daardoor hopelijk ook naar
anderen.
• Word je door Zen egocentrisch of profiteert je omgeving mee?
Zoals ik al vertelde is Zen voor mij een kwestie van heel
geleidelijk mijn ogen openen.
Voorheen wilde ik, eventueel misschien,
best wel toegeven dat een splinter in mijn oog mijn zicht belemmerde.
Bij anderen zag ik net zo makkelijk een hele balk, waar ik iemand
dan ook wel op wilde wijzen, als hulp zeg maar.
Nu zie ik juist
duidelijk die enorme balk voor mijn eigen ogen en waag ik me
er slechts af en toe aan om een ander heel voorzichtig van een
splintertje te bevrijden.
Kortom: pas als ik mijn eigen zaken duidelijk heb, kan ik
anderen duidelijkheid geven!
• Heb je een plan waarmee je Zen nog meer ruimte in je leven geeft?
Een plan wordt al gauw een stoorzender.
Waar Zen voor
mij in de kern op neer komt is het beantwoorden van de vraag: “Hoe
manifesteer ik mijn ware zelf?”
In de afgelopen jaren ben ik naast mijn baan een opleiding
tot acupuncturist gaan volgen. Deze heb ik nu afgerond en ik
onderzoek de mogelijkheid om een praktijk op te bouwen. Op dit
moment zie ik dit als een heel goed passende manier om lichamelijke,
energetische en geestelijke processen in hun samenhang te blijven
zien en te leren beïnvloeden.
Dit voor mijn levensonderhoud
te gaan doen is misschien wel de meest directe manier om mijn
ware zelf te manifesteren. Méér dan via mijn huidige
werkkring.
Maar dit is een open verhaal. Ik bijt me niet in een
toekomstbeeld of plan vast.
Als het mij duidelijk wordt, door
een nieuwe gebeurtenis of inzicht, dat er voor mij een nóg
directere weg is om me te manifesteren, dan zal ik die weg volgen.
Om op deze manier met het vinden van de weg bezig te kunnen en
wíllen zijn is een zegening.
Het besef dat ik hier echt
werk van moet maken, steeds opnieuw, is mijn grootste drijfveer.
Het feit dat je toelaat dat je gewekt wordt is genoeg.